Je hebt vast wel eens meegemaakt of gehoord dat een fles 'kurk' had. En dan bedoelen we niet een kurk als afsluiting van de fles, maar een fout in de fles. Dat kan heel vies zijn. Zo'n fles moet je niet opdrinken maar terugbrengen naar de winkel of terugsturen als je in een restaurant zit. Hieronder leggen we uit wat 'kurk' is en hoe je deze fout kunt herkennen.
Kurk betekent dat de wijn besmet is met een schimmel, de zogenaamde 2,4,6-Trichloroanisole schimmel (TCA). In de meeste gevallen bevond deze schimmel zich in de kurk zelf. Maar de schimmel kan ook in een wijnvat gezeten hebben, of in de fles, voordat deze werd gevuld. Daarom is de kans op ‘kurk’ in een fles met een echte kurk weliswaar groter dan in een fles met een schroefdop, maar kan de laatste ook ‘kurk’ hebben. Deze schimmel heeft dus niets te maken met kleine stukjes kurk die soms in de fles terecht komen wanneer de fles wordt geopend. Dat laatste is misschien vervelend, maar niet schadelijk voor de kwaliteit van de wijn.
Je herkent de TCA schimmel in een wijn vooral aan de geur. De wijn heeft een nare, muffe geur van een natte krant, van een kurk (vandaar ‘kurk’) of een ongewassen hond. Die nare geur kan heel sterk zijn. Een wijn met veel TCA schimmel hoef je niet eens te proeven, je ruikt het meteen. Helaas is het niet altijd zo zwart-wit. Een wijn kan ook een ‘beetje kurk’ hebben. In dat geval is ie iets muffig in de geur, is er weinig fruit in de smaak aanwezig en is de afdronk wat branderig in de keel.
Er gaat al jaren een verhaal in de wijnwereld dat je de schimmel uit de wijn kunt halen door er een plastic zakje in te doen. De schimmel zou zich dan aan het plastic hechten. Dat hebben we wel eens uitgeprobeerd maar eerlijk gezegd leverde dat niet het resultaat op dat we gehoopt hadden...